Gisteren was het zondag en de eerste zondag van de adventstijd. Voor wie iets van kerk en christendom afweet, is dat een bekend begrip. Voor wie er niet bekend mee is: zo wordt de aanlooptijd naar kerst genoemd. Die periode omvat vier zondagen en telt dus ruim drie weken. Het woord advent komt uit het Latijn en betekent ‘komst’. Met kerst vieren christenen immers de geboorte of de komst van Jezus. Ik herinner me echter uit de tijd dat ik als geestelijk verzorger in Den Dolder werkte dat Jan, één van de bewoners van Dennendal (woonzorgcentrum voor verstandelijk gehandicapten), zo’n beetje het hele jaar door vroeg ‘Hij komt, he?’ Jan doelde daarmee niet op de komst van het kerstkind, maar op Sinterklaas. Dat feest met cadeautjes was voor hem het hoogtepunt van het jaar. Daar keek hij steeds naar uit. En ook dat kan.
Een bekend symbool van de adventstijd is de adventskrans of standaard met vier kaarsen. Elke zondag wordt er een kaars meer aangestoken en vlak voor kerst, op de vierde adventszondag, branden ze dan alle vier. Doordat kerst zo’n beetje samenvalt met de zonnewende (21 december) is het op het noordelijk halfrond een extra sterk symbool. Het laat zien dat het, ondanks de korte, donkere dagen toch weer licht(er) wordt. Kerst is in dubbele betekenis het feest van licht in het duister. Voor christenen is Jezus het Licht in de wereld. Maar voor iedereen geldt dat het jaar zich keert en de dagen vanaf nu weer gaan lengen.
Licht wordt vaak verbonden met hoop. Wat houdt mensen in moeilijke tijden op de been? De hoop dat het beter wordt. Dat er weer ‘licht aan het eind van de tunnel’ te zien is. Als het leven zwaar is, als er van alles tegenzit, dan zie je uit naar lichtpuntjes, die het leven draaglijk houden of maken. Voor Jan uit Dennendal was de komst van Sinterklaas met z’n zak vol verrassingen zo’n lichtpunt. De hoop daar op hield hem het hele jaar door gaande.
Waar zie jij naar uit?
De adventstijd confronteert mensen, al dan niet gelovig, met de vraag: waar zie jij naar uit? Waar hoop je op? Of, anders geformuleerd: wat houdt jou gaande? Soms kun je zo vastzitten in bepaalde patronen dat je niet eens aan vooruit kijken toe komt. Dat je, zoals ook wel gezegd wordt, het gevoel hebt in het duister rond te tasten. Wat dan nodig is: een leuke ervaring die iets in je open breekt, waardoor je oog krijgt voor andere dingen. Of iets of iemand die je helpt om anders te kijken. En misschien helpt het om simpelweg een kaars aan te steken en naar het vlammetje van hoop te kijken. Zo’n symbool is zo gek nog niet!